Onze huid is bijna twee vierkante meters groot en wordt daarom ons grootste orgaan genoemd. Het omhult het inwendige organisme en is een verbinding met de buitenwereld. Ze werkt als een antenne omdat ze kan zenden en ontvangen. De huid vormt de buitengrens en beschermt ons tegen gevaren uit de buitenwereld. Zijn zure vethoudende laag beschermt ons tegen gevaarlijke indringers zoals ziekteverwekkers, gifstoffen en allergenen. Daarnaast regelt het vel onze lichaamstemperatuur zodat we niet oververhit, maar ook niet onderkoeld geraken.

De huid is de spiegel van de ziel

We gaan in op de relatie tussen de huid en de buitenwereld en hoe belangrijk deze is. De huid controleert de wisselwerking tussen de lichaams- en de omgevingstemperatuur. Is de omgevingstemperatuur te hoog dan beginnen we te zweten. Dat doen we ook bij een verstoring in ons organisme, dan krijgen we het te warm of beginnen we te trillen. Naast de warmteregulatie voeren we tijdens het zweten grote hoeveelheden gifstoffen af. De buitenlaag van onze vingertoppen is bijzonder gevoelig en geeft aan of iets glad of ruw is, zacht of hard, warm of koud. Onze huid heeft ook een sociale functie: we geven een hand, strelen of geven een knuffel aan goede vrienden. Bij de partnerkeuze speelt de lichaamsgeur een belangrijke rol. Het voelen van de naakte huid zorgt voor de nodige opwinding tijdens het liefdesleven. De lichaamsbedekking communiceert niet alleen met de buitenwereld en de medemens, maar ook met ons binnenste. Het vel van ons lichaam wisselt continu reacties uit via het zenuwstelsel en immuniteit en wordt de spiegel van de ziel genoemd. Ons innerlijk leven wordt door de huid uitgedrukt. Wij krijgen kippenvel van angst of opwinding, we blozen als we ons schamen en stralen van gezondheid en geluk.

Verschillende typen

De kwaliteit van de huid is genetisch bepaald en wordt in meerdere typen of soorten ingedeeld. De meest eenvoudige is de droge en de vette huid. Mensen met een gedreven temperament hebben gemakkelijk blozende wangen en een vette of te vette buitenlaag. Deze voelt warm aan en heeft een glans, wat wijst op een hoog vetgehalte. Tot op hoge leeftijd ontbreken er rimpels en groeven. Een droge of te droge huid veroudert snel omdat er te weinig bloed doorheen stroomt en de lichaamsbedekking niet goed gevoed wordt. Rond de vijftig treden de eerste rimpels en groeven op en zakken de wangen lichtjes door, een proces dat zich geleidelijk aan verder zet. Mensen met een droge buitenlaag doen er goed aan deze te voeden om het vocht langer vast te houden. Amandel- en arganolie zijn twee voedzame oliën die hiervoor gebruikt worden.